Zondag 6 april 2025, vijfde zondag van de Vasten C
Eerste lezing: Jesaja 43,16-21
Evangelielezing: Johannes 8,1-11
Zusters en broeders, lieve mensen, over het evangelie van vandaag is al veel gezegd en geschreven. Over hoe Jezus de wetten van het Oude Testament niet afwijst, maar wel herinterpreteert, en zo ademruimte geeft aan mensen. Ik ben echter geen bijbelwetenschapper, dus wil ik zo vrij zijn om te spreken over wat bij mij spontaan bleef hangen van de lezingen vandaag.
Jesaja beschrijft hoe de Heer een weg gelegd heeft door zee, door de onstuimige golven, en daar leger en strijdmacht over liet gaan. En dan staat er – verrassend – ‘maar dan gaan ze rusten, staan niet meer op, uitgeblust zijn ze, uitgedoofd als een vlaspit.’ Ze hebben een burn-out. Een alomtegenwoordig fenomeen vandaag. Nochtans leven we – objectief gezien – in een vrij welvarend tijdperk, er is (voorlopig nog) vrede, democratie, een stabiel land, onderwijs, gezondheidszorg voor (bijna) iedereen. Een groot verschil met ‘leger en strijdmacht die door onstuimige golven gaan’.
Spontaan moet ik hierbij ook denken aan onze kerkgemeenschap. Ook daar lijken velen uitgeblust, weinig hoopvol. Wat voor toekomst heeft de Kerk hier bij ons nog? Hoe lang houden we dit nog vol? Nochtans worden we bijvoorbeeld niet vervolgd voor ons geloof, integendeel, we worden zelfs door de staat gesubsidieerd. Die onstuimige golven vallen al bij al nog mee, lijkt het. Toch lijken vele mensen ook ‘uitgedoofd als een vlaspit’. Zijn wij ook ‘gaan rusten en staan we niet meer op’, zoals Jesaja schrijft? Het lijkt wel alsof die rustperiode gevaarlijker is dan die onstuimige golven. Gevaarlijker voor ons vertrouwen. We worden in slaap gewiegd.
Maar net dan horen we: “Denk niet meer aan het verleden en sla geen acht op wat reeds lang voorbij is: Ik onderneem iets nieuws, het begin is er al: ziet ge het niet?” Zien we het inderdaad niet? Ook vandaag niet? Waar is dat nieuwe dat God begint? Waar moeten we kijken? In ieder geval niet in wat voorbij is. Zo schrijft ook Paulus: ‘Ik vergeet wat achter me ligt, ik reik naar wat voor me ligt.’ Het heeft inderdaad geen zin om te blijven piekeren over ‘dat het vroeger allemaal beter was’. De toekomst zal altijd anders zijn dan het verleden. Maar God schept er iets in, Hij begint iets nieuws, dit wil zeggen: Hij herhaalt niet het oude. Kunnen wij vertrouwen dat God nog steeds aan het scheppen is, ook in onze tijd, ook in onze maatschappij, ook in onze kerkgemeenschap? Misschien hebben we eerst dat vertrouwen nodig, vooraleer we ‘het begin kunnen zien’.
Net zoals de vrouw in het evangelie. De zin die me daar plots trof (hoewel ik het verhaal al vaak gehoord en gelezen heb, en die zin me nooit zo was opgevallen), is: ‘…totdat Jezus alleen achterbleef met de vrouw die daar was blijven staan.’ De vrouw is niet weggelopen, ze heeft zich niet proberen te verdedigen, ze is daar blijven staan. Ook al liep ze het risico dat ze effectief gestenigd zou worden. Ze wist zelf ook heel goed dat ze een fout begaan had. Maar blijkbaar had ze er ergens toch vertrouwen in.
En wat gebeurt er dan? Jezus begint iets nieuws. Hij zegt haar niet dat wat ze deed oké was, nee, hij maant haar aan om niet meer te zondigen. Maar hij geeft haar een nieuwe kans. Een nieuw begin. Is daarmee alles vergeven en vergeten? Nee, natuurlijk niet. De hele gemeenschap weet wat de vrouw gedaan heeft. Ze zal wellicht nageroepen, uitgelachen, uitgestoten worden. Ze heeft haar familie ten schande gemaakt, haar man gaat misschien bij haar weg. Ze zal dus onmogelijk gewoon verder kunnen gaan met haar leven zoals het was.
Ze moet dus ook vooruit kijken, en niet achteruit. Makkelijk is dat zeker niet. Maar waar haar leven het ene moment bruusk leek te eindigen in een steniging, begint het nu opnieuw. Anders, maar wel een begin, en geen einde. En ook al zal het een moeilijke weg voor die vrouw zijn, ‘het begin is er al, zie je het niet?’ Ze ziet het zelf misschien ook nog niet, op dat moment. Maar het is er al.
Laat ons dat vooral niet vergeten. Het nieuwe begin van God is er al, altijd. Laat ons nooit ophouden met het te zoeken, en er vooral op vertrouwen dat het er is. Laat ons blijven staan, blijven zoeken, blijven proberen, en niet gaan rusten. Dan zal het Pasen worden.
Dorina Pagliaro